Update 30 november 2021.
Omschrijving
Naast de garantieregeling is een aanvullende tegemoetkoming voor evenementen (ATE) toegezegd. Die loopt inmiddels (dus in aanvulling op de data uit de Kamerbrief die hieronder staat), door voor verboden in de periode tot en met 31 december 2021. De vergoeding staat inmiddels op 100%.
Zie de Kamerbrief van 01 november 2021 HIER.
Zie de Kamerbrief van 16 november 2021 (met aanvullingen) HIER.
Het is een zogenaamde ‘open’ regeling, met dus onbeperkt budget maar uiteraard met bepaalde voorwaarden.
De ATE is bedoeld voor evenementen die door de evenementenverboden (binnen de periode 10 juli – 31 december 2021) niet konden doorgaan en die niet voldeden aan de voorwaarden van de TRSEC. Dit betreft zowel grote, professioneel georganiseerde evenementen als kleinere, lokale evenementen.
De ATE kent een minimumbedrag van € 2.500 voor gemaakte kosten. De ATE is nog niet uitgewerkt, maar wordt naar verwachting derde week januari 2022 gepubliceerd na goedkeuring door de Europese Commissie.
Uit de Kamerbrief: Belangrijkste voorwaarden ATE
Hieronder volgen de belangrijkste beoogde voorwaarden om voor de ATE-regeling in aanmerking te komen, waarbij zoveel mogelijk aangesloten wordt op de TRSEC:
Er was sprake van een evenement dat door de Rijksoverheid is verboden op
grond van de corona-situatie. Het evenement komt niet in aanmerking voor
de TRSEC.;
Er was sprake van een evenement dat plaats zou hebben gevonden in
Nederland of in Carïbisch Nederland;
Het evenement was gemeld bij de gemeente of had een vergunning van de
gemeente ontvangen;
Het evenement was aantoonbaar tussen 10 juli en 25 september gepland [red.: aangepast, zie tekst bovenaan];
Er moet sprake zijn van een publiek toegankelijk evenement (gratis of via
kaartverkoop). Besloten evenementen zijn uitgesloten;
Er moet sprake zijn van minimaal €2.500 gemaakte (subsidiabele) kosten:
deze moeten aantoonbaar zijn gemaakt;
Daarnaast geldt dat:
alleen de centrale organisator van het evenement een aanvraag kan indienen,
niet de leveranciers. Dit is toegelicht in de Kamerbrief van 28 juli 2021.