Is er een trend aan te wijzen als het om gehoorschade onder jongeren gaat? Zijn er harde cijfers? En wat valt te zeggen over de oorzaken? Het RIVM (Rijksinstituut voor Volksgezondheid en Milieu) inventariseerde de beschikbare gegevens.

De uitkomst is dat harde cijfers over verslechtering van het gehoor onder jongeren ontbreken. Het is niet bekend hoe vaak gehoorschade onder jongeren in Nederland voorkomt en of de trend stijgend is. Wel staat vast dat jongeren vaker worden blootgesteld aan hard geluid en dus navenant meer risico lopen op gehoorschade.

Het betrouwbaarste onderzoek naar een trend in de tijd is een Amerikaanse studie waaruit blijkt dat het gehoor bij jongeren van 12 tot en met 19 jaar tussen 1988 en 2006 duidelijk is verslechterd, vermoedelijk door hogere muziekblootstelling. Welke geluidsbronnen verantwoordelijk zijn (koptelefoon, discotheek, live muziek) is niet uit de beschikbare gegevens af te leiden.

Uit door jongeren ingevulde vragenlijsten blijkt dat zowel de omvang van geluidsblootstelling als de frequentie van oorsuizen na een bezoek aan een muziekevenement hoog is. Oorsuizen is, ook als het tijdelijk is, vaak een eerste indicatie van gehoorschade. Studies op basis van zelfrapportage zeggen dat 14 tot 60 procent van de jongeren aangeeft ‘een tijdelijke piep of ruis’ in de oren te hebben na het uitgaan. Schattingen over jongeren met een ‘permanente piep’ komen op 18 procent.

RIVM rapport Gehoorschade en geluidsblootstelling in Nederland Inventarisatie van cijfers

Onderwerpen